‘woonstylisten’ naast ‘creativiteit’
U wilt uw huis gestyld hebben, anders hoort u er niet meer bij. Althans, dat willen de makelaars graag zien. Hoe u uw huis wilt inrichten moet u natuurlijk zelf weten, wel opvallend is de sterk groeiende beroepsgroep “woonstylisten”.
Gaat u bijvoorbeeld in de Krimpenerwaard naar de makelaar, dan krijgt u er gratis een interieurstyliste bij. Ze kan u tips geven over hoe u uw interieur zo ‘verkoopvriendelijk’ kunt inrichten. Dit was ooit nog een behoorlijk kleine beroepsgroep, maar nu niet meer. Bij het afsluiten van een hypotheek, in woonwinkels, u kunt het zo gek niet bedenken of er wordt de hulp van een interieurstyliste ingeroepen.
Trendwatcher Monique van der Reijden van het Perscentrum Wonen vertelt in het Rotterdams Dagblad dat ze deze trend ook ziet. ,,Interieurstylist is de laatste jaren een van de sterkst groeiende beroepsgroepen. Maar niet alleen zij zijn zich met onze inrichting gaan bemoeien. Pakweg tien jaar geleden was het nog heel normaal dat meubelwinkels alleen het product verkochten waarin ze zich hadden gespecialiseerd. Bij de lampenzaak een lamp en een bed in de beddenzaak. Woonwinkels verkopen nu een totaalpakket. Banken, kasten, lampjes, een kaarsenstandaard, wanddecoraties en kussens. En als het even kan nog een servies erbij.”
Hoe gestyld makelaars uw huis dan ook willen zien, we zitten in een economische crisis. En dan komt de ‘do it yourself’-trend weer op. Het is de komende tijd dan ook erg in om creatief te zijn. ,,Be artistic,” vindt Monique. ,,Design is niet meer strak of minimalistisch. In deze tijd is het de kunst om vooral jezelf in het interieur te leggen. Het moet bijzonder zijn, er moet een verhaal achter zitten. Handgemaakt, gerecycled, niet perfect.”
Of de creatieve golf ook echt met de economische crisis te maken heeft blijft echter de vraag. Het is namelijk iets nieuws, wat we niet eerder in een crisis zagen gebeuren. ,,Het is een nieuwe artistieke stroming en wij zijn heel gretig om het talent weer te zien bovendrijven. Oude ambachten herleven, met de hand dingen maken. Het mag allemaal weer.”
Om het ‘do it yourself’-karakter nog eens te accentueren meldt Van der Reijden in de Rotterdamse krant: ,,Creatief wil niet meer zeggen naar de winkel gaan en met een doos accessoires thuiskomen.” Maar wat bedoelt ze wel? Maak oude meubels weer nieuw, door ze te voozien van een nieuwe verflaag of een hippe accessoire.
Het is volgens de trendwatcher echter geen race om wie de meeste goedkope rotzooi in huis kan halen. De woningboulevard blijft in zicht. ,,Ook daar draait het om bijzondere producten met een verhaal. Niet met miljoenen tegelijk geproduceerd, het gaat om durf en originaliteit. Geen verkwisting. Liever één mooie schaal dan te veel goedkope dingen.”
Het is iets typisch Nederlands, vindt Van der Reijden. ,,Omdat we hier zo dicht op elkaar wonen, moeten we creatief met onze ruimte omgaan.” Wel is het nu anders dan 20 jaar geleden. ,,Het aanbod is veel diverser en je ziet dat de aandacht voorwonen is toegenomen. Het dagje woonwinkelen bestond vroeger niet.”
De zogenaamde ‘Hollandse gezelligheid’ én de ‘zuinigheid’ blijven, zo vertelt Van der reijden in het Rotterdams Dagblad. ,,Jarenlang was het in Nederland heel normaal dat je een bank kocht waar je 25 jaar mee deed. Dat doen we niet meer, maar het zit nog wel een beetje tussen onze oren. We geven 300 euro uit aan een paar laarzen die na twee seizoenen onderin de kast belanden. Maar zo’n bedrag uitgeven op interieurgebied, terwijl die spullen gemakkelijk een paar jaar langer meegaan, doen we dan weer niet.”